De revalidatie na een operatie of trauma ligt aan de grootte van het afgebroken botdeel en de mate verplaatsing van het gewricht. Als maar een klein deel is afgebroken en het niet meer dan 1 millimeter is opgeschoven volstaat een operatie zonder behandeling. Als de duim dit wel is opgeschoven, zal er een operatie moeten worden plaatsgevonden. Hier kunnen dan tijdelijke stalen pennetjes worden gebruikt om het bot op zijn plek te houden. Bij meer dan 3 millimeter verplaatsing en bij een Rolando-fractuur moet de breuk als onstabiel worden beschouwd.
Revalidatie duim na operatie/ trauma
De breuk kan 4 tot 6 weken nodig hebben om te genezen, na deze periode heeft de duimfractuur rust nodig. In veel gevallen wordt er een handtherapeut/ fysiotherapeut ingeschakeld om het herstelproces te begeleiden. Langdurige zwelling en enigszins bewegingsbeperking is gebruikelijk maar mag de functionele inzetbaarheid van de duim niet beperken. Bij elke operatie kunnen er complicaties optreden zoals een wondinfectie of bloeding. In geval van botbreuken wordt er vooral gelet op het ontstaan van een wondinfectie. Een rustige wondgenezing is belangrijk voor het herstel van de functie. Het kan ondanks de tips van de handtherapeut langdurig stijf blijven. Op langdurige termijn is pijnlijke slijtage de belangrijkste complicatie. Een andere complicatie is het langzaam of zelfs onvoldoende vastgroeien van de breuk.